Migratie-assistent

Commando

Locatie

Migratie-assistent

Extra

De Migratie-assistent helpt u vlot over te stappen naar een nieuwe Vectorworksversie. U kunt uw gebruikersgegevens van vorige versies automatisch migreren naar de nieuwe versie en op die manier alle voordelen en functies ervan gebruiken. De gebruikersgegevens bevatten werkomgevingen, sjablonen, bibliotheken, favorieten, voorkeuren en bewaarde sets.

De eerste keer dat u Vectorworks opstart na het installeren, controleert het programma automatisch of er eerdere versies van Vectorworks (vanaf Vectorworks 2009) op uw computer zijn geïnstalleerd. Als deze gevonden worden, vraagt Vectorworks u of u de Migratie-assistent wenst op te starten. Maar het is ook mogelijk om de migratie-assistent op eender welk moment van uw sessie te openen.

Om de Vectorworks migratie-assistent te openen:

Als u Vectorworks voor het eerst opstart en er reeds een oudere versie van het programma geïnstalleerd is op uw computer, verschijnt er een dialoogvenster waarin u gevraagd wordt of u uw gebruikersgegevens wenst te migreren. Bevestig met Ja. Of: selecteer het commando om de migratie-assistent op een ander moment tijdens uw sessie te openen.

Het dialoogvenster ‘Vectorworks Migratie-assistent’ wordt geopend.

Lees de inhoud van dit scherm en klik op Volgende.

Selecteer de locatie van de gebruikersgegevens die u wenst te migreren en geef aan naar welke map u ze wenst te migreren. Standaard staat hier de gebruikersmap van de vorige Vectorworksversie ingesteld als bron en is voor de doelmap de gebruikersmap geselecteerd van de Vectorworksversie waarin u de Migratie-assistent opstartte. Klik op Volgende.

Alle werkomgevingen, voorkeuren, sjablonen, bibliotheken en favorieten die aanwezig zijn in de bronmap, worden weergegeven in een lijst. Als u alle gebruikersgegevens wenst te migreren, vinkt u de optie Alle gebruikersgegevens aan. Als u slechts bepaalde gegevens wenst over te dragen, vinkt u deze optie uit en selecteert u alleen de categorieën (of specifieke items in de verschillende categorieën) die u wilt migreren. Klik op Volgende.

Indien u partnerproducten met het commando Installeer partnerproducten installeerde, kunt u deze later naar een volgende Vectorworksversie overzetten met behulp van de Migratie-assistent, op voorwaarde dat de producten ondersteund worden door de nieuwe Vectorworksversie (zie Toegang tot partnerproducten).

Als u de werkomgevingen wilt migreren, stelt u de migratieopties in en klikt u op Volgende.

Aangepaste sneltoetsen kunnen worden bewaard in de werkomgeving. Als u deze optie uitschakelt, worden de sneltoetsen van de nieuwe versie gebruikt.

De menucommando’s en gereedschappen van de nieuwe versie kunnen automatisch worden toegevoegd aan de menu’s en gereedschappensets die u zelf heeft gecreëerd. De gemigreerde werkomgeving beschikt mogelijk niet over de benodigde plaats voor nieuwe items. In dat geval worden de nieuwe gereedschappen in een Nieuwe set geplaatst en de nieuwe commando’s in een Nieuw menu. U kunt de correcte locatie van de nieuwe items opzoeken in de standaard werkomgevingen of in de Vectorworks Help. Als u deze optie uitschakelt, moet u via het dialoogvenster ‘Bewerk werkomgeving’ de nieuwe gereedschappen en commando’s eigenhandig toevoegen aan de gemigreerde werkomgevingen.

Als u een Vectorworksversie heeft overgeslagen, worden enkel de commando’s en gereedschappen van de nieuwste versie toegevoegd aan een zelf gecreëerde werkomgeving. De commando’s en gereedschappen van de overgeslagen versie zullen niet geïnstalleerd worden.

Verouderde Commando's en Gereedschappen kunnen automatisch verwijderd worden uit de gemigreerde werkomgevingen. Het is aanbevolen dit te doen.

Klik op Vorige indien u uw keuzes wenst na te kijken of aan te passen. Wanneer u tevreden bent met de instellingen, gaat u naar het laatste venster en klikt u op Migreer.

Als een gemigreerde werkomgeving dezelfde naam heeft als een reeds bestaande werkomgeving, wordt het achtervoegsel ‘-Gemigreerd’ toegevoegd aan de naam van de gemigreerde werkomgeving. Wanneer dit conflict zich voordoet met andere gemigreerde bestanden (behalve de Voorkeuren), zal aan de naam van het originele bestand het achtervoegsel ‘-Origineel’ worden toegevoegd en indien nodig wordt het automatisch genummerd.

Als u voorkeuren migreert, worden de bestaande Vectorworks voorkeuren overschreven. De grootte en positie van dialoogvensters en paletten en de voorkeuren van de gereedschappen worden niet gemigreerd.

Sjablonen, favorieten en bibliotheken worden automatisch overgezet naar de nieuwe versie.

Wanneer de migratie voltooid is, worden de resultaten weergegeven. Klik op Bekijk rapport om een gedetailleerd overzicht van de migratie te bekijken. Het rapport wordt bewaard als een tekstbestand en opgeslagen in de doelmap van de migratie.

Klik op Voltooi.

Werkomgevingen

Voorkeuren Vectorworks: Categorie Bestandslocaties

Gebruikersmap